Webinar
Op 24 september a.s. om 12 uur geeft Iva Bicanic een webinar over de dynamiek tussen de verschillende betrokkenen bij seksueel misbruik en de metafoor van de drie wijze aapjes. Het webinar is gratis te volgen op ons channel 'Veiligheid in gezinnen'. Aanmelden kan hier.





Wie van de drie zet de eerste stap?
Sta jezelf toe om ongemak te voelen zonder het meteen weg te duwen.
Vraag jezelf af: Wat maakt dat ik liever niet kijk, luister of spreek?
Praat met anderen over je reflecties.
Werk aan je eigen ongemak, zodat je er kunt zijn voor een ander.
Vergroot je kennis en bewustzijn over seksueel misbruik.
Begrijp waarom slachtoffers én plegers vaak zwijgen - en hoe omstanders het verschil kunnen maken.
Wellicht kan de omstander beginnen met deze lastige klus. Verantwoordelijkheid nemen betekent niet dat je alles moet oplossen, maar dat je bewust kiest om niet weg te kijken. Het vraagt wat om stil te staan bij je eigen afweer - maar juist daar begint verandering.
Het web van afweer doorbreken
De metafoor van de drie wijze aapjes maakt duidelijk hoe de rollen elkaar versterken. De pleger wil niet zien, het slachtoffer zwijgt, de omstander hoort het liever niet. En als het slachtoffer dan toch spreekt, wordt het niet geloofd of gehoord - wat het isolement versterkt. De pleger voelt zich terecht bang voor de afwijzende reacties van de omgeving - en zwijgt ook. Zo blijft het misbruik lang verborgen, en blijven álle aapjes alleen met hun geheim.
Seksueel misbruik heeft impact op iedereen die ermee te maken krijgt. Het vraagt moed om te spreken, om te luisteren, en om eerlijk te kijken naar je eigen gedrag. Omdat er ook verlies en verdriet mee gepaard kan gaan. Maar door wél te zien, wél te luisteren en wél te spreken, kan het web van afweer worden doorbroken voor álle betrokkenen.
In 2020 introduceerde Iva Bicanic dit beeld als metafoor voor de afweer bij seksueel misbruik. Niet horen, niet (onder ogen) zien en niet over praten, dat is wat alle betrokkenen vaak doen. Hoe kunnen we die afweer doorbreken?
Dynamiek tussen de betrokkenen
Symbolisch voor afweer
Wie zijn de drie aapjes?
In 85 procent van de gevallen van seksueel misbruik kennen pleger en slachtoffer elkaar. Ook omstanders zijn vaak bekenden van (een van) beiden; ze zijn familie, vrienden, wonen in dezelfde buurt, sporten bij dezelfde club, kennen elkaar van het uitgaan of van de werkvloer. Een onthulling van seksueel misbruik raakt dus zelden alleen twee mensen - het zet hele systemen onder druk. Naast heftige emoties, onbegrip, ongeloof en ontkenning, kan onderling ook verwijdering, eenzaamheid of uitsluiting ontstaan als het misbruik uitkomt.
Meer begrip van de dynamiek tussen deze drie aapjes kan je helpen - of je nu zelf een van de drie partijen bent, of als professional betrokken bent bij (een van) de drie partijen. Je begrijpt dan je eigen reactie misschien beter, of waarom een ander op een bepaalde manier reageert.
Ook bij seksueel misbruik speelt afweer, bij iedereen die ermee te maken heeft: het slachtoffer, de pleger én de omstanders. De metafoor van de drie aapjes helpt om die afweer beter te begrijpen, en hopelijk te doorbreken.
De wijze aapjes kunnen ook als metafoor dienen voor de afweer rondom seksueel misbruik. Seksueel misbruik is voor veel mensen een van de meest ingrijpende dingen die henzelf of hun naasten zou kunnen overkomen. Het is iets waar de meeste mensen eigenlijk liever niet over nadenken. Wanneer we in het algemeen aan nare dingen denken of als ons nare dingen overkomen, proberen we onze gedachten vaak te verdraaien om de realiteit voor onszelf dragelijker te maken. Dat is een menselijke reactie en noemen we afweer.


Zwijgen: het slachtoffer spreekt er niet over.
Niet zien: de pleger wil niet onder ogen zien wat hij of zij doet of heeft gedaan.

Niet horen: omstander(s) wil(len) niet horen over het misbruik.
Het oorspronkelijke beeld van de drie wijze aapjes is gevonden in Japan en dateert van 1636. De hoofdrolspelers zijn Kikazaru, de aap die niet hoort, Mizaru, de aap die niet ziet en Iwazaru, de aap die niet spreekt. Volgens de Japanse filosofie laten de aapjes zien dat je moet proberen geen kwaad te doen: luister niet naar slechte invloeden, zie verkeerde daden niet als iets normaals en zeg niets zonder goede reden. Ze geven een advies voor een goed en gelukkig leven.
in beeld
8,5 min.
Mirjam Riemers
Iva Bicanic
De drie wijze aapjes
Vorige pagina
Volgende pagina


De omstander wil niet horen
Mensen zijn sociale wezens die over het algemeen in staat zijn steunend te reageren als iemand iets naars is overkomen. Bij een onthulling van seksueel misbruik blijkt dat vaak een stuk lastiger. Omstanders lijken er soms liever niet van te willen weten en kunnen daardoor onbedoeld op een manier reageren die voor het slachtoffer, en ook voor de pleger, niet helpend is.
Die afweer is te verklaren. Als omstanders tot zich laten doordringen dat iemand seksueel misbruik is aangedaan, dan voelt dat onveilig. De realiteit is te pijnlijk: het had de omstander ook zelf kunnen overkomen, of een kind, vriend of partner. En daarnaast bestaat de kans dat de omstander de pleger kent en waarschijnlijk vertrouwde. Om dan te beseffen dat zelfs iemand die je vertrouwt en waar je van houdt, misbruik kan plegen bij iemand van wie jij ook houdt, kan zó oncomfortabel zijn dat je probeert om de onthullingen niet écht te hoeven horen.
Ongeloof is vaak een van de eerste reacties. Veelvoorkomende uitingen van omstanders: ‘Hoe kan dat nou, hij is altijd zo aardig’, ‘Wat is er dan precies gebeurd?’, of: ‘Maak je het niet groter dan het is?’. Voor slachtoffers zijn dat pijnlijke reacties. Ze hebben alle moed verzameld om hun verhaal te vertellen en krijgen in plaats van steun: twijfel en ongeloof. Het voelt alsof zij de ander moeten overtuigen. De aandacht verschuift van hun ervaring naar de schok van de omstander. Andere negatieve reacties zijn ontkenning, bagatelliseren, uitstoting of doodzwijgen. Zonder dat ze het zo bedoelen, houden omstanders zich vaak doof voor het verhaal van het slachtoffer, zoals het aapje met de handen voor de oren.
Een andere valkuil is victim blaming. Vragen als: ‘Waarom ging je terug?’, en: ‘Waarom heb je niks gezegd?’ geven het slachtoffer (vaak onbedoeld) het gevoel schuldig te zijn aan het misbruik. Ook uitspraken over de negatieve gevolgen voor de pleger of de omgeving als het slachtoffer praat over het seksueel misbruik – zoals: ‘Door jou valt de familie uit elkaar’, of: ‘Weet je wel wat dit voor hem betekent?’ - leggen veel druk bij het slachtoffer.
Veel slachtoffers geven aan dat deze beschuldigende reacties van omstanders meer schade doen dan het misbruik zelf. Niet voor niets wordt het second rape genoemd. Soms trekken slachtoffers hun verhaal daarom zelfs weer in om zichzelf te beschermen.
Steun bieden, en het slachtoffer geloven en erkennen - dat zijn betere manieren om op een onthulling van seksueel misbruik te reageren. Dat is helpend voor de verwerking van slachtoffers. Het is niet gek dat het moeilijk is en blijft om het verhaal echt te horen. Het is pijnlijk en ongemakkelijk.
Ook richting de pleger kunnen omstanders heftig reageren. Met woede, veroordeling, uitsluiting. Maar dat helpt zelden. Uitsluiting en cancelen bevestigt de overtuiging van de pleger dat die anders is, er niet bij hoort. En het houdt misbruik onbespreekbaar. De stap naar erkenning van het grensoverschrijdende gedrag en het nemen van verantwoordelijkheid wordt dan nog moeilijker.

Het slachtoffer zwijgt
De meeste slachtoffers zwijgen lange tijd, blijkt uit nieuw onderzoek. Bij seksueel misbruik binnen de familie zelfs gemiddeld dertien jaar. Een derde van de mannen en een kwart van de vrouwen vertelt het nooit. Redenen daarvoor zijn gevoelens van schaamte, schuld, angst voor de gevolgen en loyaliteit aan de pleger. Zeker als de pleger ook affectie, aandacht of bescherming gaf.
Slachtoffers denken vaak dat ze zelf verantwoordelijk of schuldig zijn. Zeker als slachtoffers jong zijn, en proberen te begrijpen waarom iets gebeurt, betrekken zij het op zichzelf (egocentrisch denken): ik zal wel een slecht kind zijn, er is iets mis met mij.
Ook het eigen oordeel van slachtoffers over dat zij niets gedaan hebben tijdens of na het misbruik kan zorgen voor schuldgevoelens. Bovendien kunnen de lichamelijke reacties tijdens het misbruik - die puur fysiologisch zijn en niets zeggen over toestemming of opwinding - voor verwarring zorgen: misschien wilde ik het toch?
Als slachtoffers zichzelf beschuldigen en niet weten dat meewerken normaal slachtoffergedrag is omdat je wilt overleven, evenals de automatische genitale respons, blijven zij vaak zwijgen. Doordat het slachtoffer niet over het misbruik praat, kan niemand de onjuiste gedachten corrigeren.
Het slachtoffer beseft hoe groot de gevolgen van een onthulling kunnen zijn. Zeker als de pleger een bekende is. Het slachtoffer voelt zich verantwoordelijk voor die gevolgen. Angst voor het uit elkaar vallen van de familie, niet geloofd worden, of dat de pleger in de gevangenis zal komen, kunnen ervoor zorgen dat het slachtoffer besluit er nooit over te vertellen.
Ook loyaliteit aan de pleger kan daaraan bijdragen: als de persoon die het misbruik pleegt ook affectie, aandacht, plezier en waardering geeft, of zegt dat dit echte liefde is, zorgt dat voor dubbele gevoelens. Het slachtoffer is dan bijvoorbeeld ook bang om de pleger kwijt te raken en de fijne dingen die de pleger naast het misbruik ook biedt te moeten missen.
Veel slachtoffers proberen de herinneringen te vergeten of kleiner te maken. Ze denken: het is niet gebeurd, het was een droom of: het was maar één keer.. Ze proberen de ervaringen te bagatelliseren in een poging ermee te leven. Deze afweerreactie maakt het tegelijkertijd ook lastig om erover te praten. Je kunt immers pas onthullen als je het misbruik aan jezelf hebt verteld.
Zo blijven slachtoffers van seksueel misbruik vaak jarenlang eenzaam met hun geheim, zoals het aapje met de handen voor de mond.

De pleger wil of kan niet zien
Lees ook het interview met Wineke Smid over plegers van seksueel misbruik
De meeste plegers van seksueel misbruik zijn gewone mensen uit onze familie en vriendenkring. Ze hebben een baan, een gezin en hobby’s. De pleger kan iemand zijn van wie mensen houden: misschien is het ‘je beste vriend(in)’. Of juist iemand die intense angst, haat en aversie oproept. De motieven voor het plegen van seksueel misbruik kunnen uiteenlopen: van macht en eenzaamheid tot verslaving of psychische problemen.
Plegers proberen vaak te voorkomen dat het seksueel misbruik uitkomt. Dat doen ze door het slachtoffer het gevoel te geven dat het (ook) hun schuld is: ‘Wij doen dit samen’ of ‘Jij komt naar mij toe, jij wilt dit ook’ of ‘Jij vindt het lekker’. Of door hen bang te maken: ‘Als je het vertelt, wordt iedereen boos op jou’ of ‘Niemand zal jou geloven’ of ‘Mama krijgt een hartaanval als jij het vertelt’. Veel slachtoffers wordt de mond gesnoerd en gaan zelf geloven dat ze medeplichtig zijn.
Mensen die seksueel misbruik plegen, willen of kunnen hun eigen gedrag vaak niet onder ogen komen. Soms praten ze het voor zichzelf goed: ‘Het kind wilde het zelf ook’, of: ‘Het viel wel mee’. Of: ‘Dit is echte liefde’. En zelfs als ze hun gedrag wel onder ogen kunnen komen en diep vanbinnen willen stoppen, kunnen schaamte en angst voor de gevolgen hen tegenhouden. Ze zijn bang voor boosheid en onbegrip als het uitkomt, en dat zij als persoon zullen worden afgewezen en eenzaam achterblijven. Ontslag, gevangenisstraf, uitstoting, verlies van relaties, leegte - het vooruitzicht is té beangstigend.
Niet zelden voelt het voor de pleger alsof ontkennen of bagatelliseren de enige optie is: handen voor de ogen en doen alsof het niet bestaat of niet zo erg is. De pleger raakt daardoor steeds verder van zijn of haar gevoel verwijderd, spreekt onderliggende behoeften niet uit, en zal geen hulp vragen.

Deel dit artikel:
Webinar
Op 24 september a.s. om 12 uur geeft Iva Bicanic een webinar over de dynamiek tussen de verschillende betrokkenen bij seksueel misbruik en de metafoor van de drie wijze aapjes. Het webinar is gratis te volgen op ons channel 'Veiligheid in gezinnen'. Aanmelden kan hier.
Volgende pagina
Vorige pagina
Sta jezelf toe om ongemak te voelen zonder het meteen weg te duwen.
Vraag jezelf af: Wat maakt dat ik liever niet kijk, luister of spreek?
Praat met anderen over je reflecties.
Werk aan je eigen ongemak, zodat je er kunt zijn voor een ander.
Vergroot je kennis en bewustzijn over seksueel misbruik.
Begrijp waarom slachtoffers én plegers vaak zwijgen - en hoe omstanders het verschil kunnen maken.
Wellicht kan de omstander beginnen met deze lastige klus. Verantwoordelijkheid nemen betekent niet dat je alles moet oplossen, maar dat je bewust kiest om niet weg te kijken. Het vraagt wat om stil te staan bij je eigen afweer - maar juist daar begint verandering.
Wie van de drie zet de eerste stap?
De metafoor van de drie wijze aapjes maakt duidelijk hoe de rollen elkaar versterken. De pleger wil niet zien, het slachtoffer zwijgt, de omstander hoort het liever niet. En als het slachtoffer dan toch spreekt, wordt het niet geloofd of gehoord - wat het isolement versterkt. De pleger voelt zich terecht bang voor de afwijzende reacties van de omgeving - en zwijgt ook. Zo blijft het misbruik lang verborgen, en blijven álle aapjes alleen met hun geheim.
Seksueel misbruik heeft impact op iedereen die ermee te maken krijgt. Het vraagt moed om te spreken, om te luisteren, en om eerlijk te kijken naar je eigen gedrag. Omdat er ook verlies en verdriet mee gepaard kan gaan. Maar door wél te zien, wél te luisteren en wél te spreken, kan het web van afweer worden doorbroken voor álle betrokkenen.
Het web van afweer doorbreken


De omstander wil niet horen
Mensen zijn sociale wezens die over het algemeen in staat zijn steunend te reageren als iemand iets naars is overkomen. Bij een onthulling van seksueel misbruik blijkt dat vaak een stuk lastiger. Omstanders lijken er soms liever niet van te willen weten en kunnen daardoor onbedoeld op een manier reageren die voor het slachtoffer, en ook voor de pleger, niet helpend is.
Die afweer is te verklaren. Als omstanders tot zich laten doordringen dat iemand seksueel misbruik is aangedaan, dan voelt dat onveilig. De realiteit is te pijnlijk: het had de omstander ook zelf kunnen overkomen, of een kind, vriend of partner. En daarnaast bestaat de kans dat de omstander de pleger kent en waarschijnlijk vertrouwde. Om dan te beseffen dat zelfs iemand die je vertrouwt en waar je van houdt, misbruik kan plegen bij iemand van wie jij ook houdt, kan zó oncomfortabel zijn dat je probeert om de onthullingen niet écht te hoeven horen.
Ongeloof is vaak een van de eerste reacties. Veelvoorkomende uitingen van omstanders: ‘Hoe kan dat nou, hij is altijd zo aardig’, ‘Wat is er dan precies gebeurd?’, of: ‘Maak je het niet groter dan het is?’. Voor slachtoffers zijn dat pijnlijke reacties. Ze hebben alle moed verzameld om hun verhaal te vertellen en krijgen in plaats van steun: twijfel en ongeloof. Het voelt alsof zij de ander moeten overtuigen. De aandacht verschuift van hun ervaring naar de schok van de omstander. Andere negatieve reacties zijn ontkenning, bagatelliseren, uitstoting of doodzwijgen. Zonder dat ze het zo bedoelen, houden omstanders zich vaak doof voor het verhaal van het slachtoffer, zoals het aapje met de handen voor de oren.
Een andere valkuil is victim blaming. Vragen als: ‘Waarom ging je terug?’, en: ‘Waarom heb je niks gezegd?’ geven het slachtoffer (vaak onbedoeld) het gevoel schuldig te zijn aan het misbruik. Ook uitspraken over de negatieve gevolgen voor de pleger of de omgeving als het slachtoffer praat over het seksueel misbruik – zoals: ‘Door jou valt de familie uit elkaar’, of: ‘Weet je wel wat dit voor hem betekent?’ - leggen veel druk bij het slachtoffer.
Veel slachtoffers geven aan dat deze beschuldigende reacties van omstanders meer schade doen dan het misbruik zelf. Niet voor niets wordt het second rape genoemd. Soms trekken slachtoffers hun verhaal daarom zelfs weer in om zichzelf te beschermen.
Steun bieden, en het slachtoffer geloven en erkennen - dat zijn betere manieren om op een onthulling van seksueel misbruik te reageren. Dat is helpend voor de verwerking van slachtoffers. Het is niet gek dat het moeilijk is en blijft om het verhaal echt te horen. Het is pijnlijk en ongemakkelijk.
Ook richting de pleger kunnen omstanders heftig reageren. Met woede, veroordeling, uitsluiting. Maar dat helpt zelden. Uitsluiting en cancelen bevestigt de overtuiging van de pleger dat die anders is, er niet bij hoort. En het houdt misbruik onbespreekbaar. De stap naar erkenning van het grensoverschrijdende gedrag en het nemen van verantwoordelijkheid wordt dan nog moeilijker.

Het slachtoffer zwijgt
De meeste slachtoffers zwijgen lange tijd, blijkt uit nieuw onderzoek. Bij seksueel misbruik binnen de familie zelfs gemiddeld dertien jaar. Een derde van de mannen en een kwart van de vrouwen vertelt het nooit. Redenen daarvoor zijn gevoelens van schaamte, schuld, angst voor de gevolgen en loyaliteit aan de pleger. Zeker als de pleger ook affectie, aandacht of bescherming gaf.
Slachtoffers denken vaak dat ze zelf verantwoordelijk of schuldig zijn. Zeker als slachtoffers jong zijn, en proberen te begrijpen waarom iets gebeurt, betrekken zij het op zichzelf (egocentrisch denken): ik zal wel een slecht kind zijn, er is iets mis met mij.
Ook het eigen oordeel van slachtoffers over dat zij niets gedaan hebben tijdens of na het misbruik kan zorgen voor schuldgevoelens. Bovendien kunnen de lichamelijke reacties tijdens het misbruik - die puur fysiologisch zijn en niets zeggen over toestemming of opwinding - voor verwarring zorgen: misschien wilde ik het toch?
Als slachtoffers zichzelf beschuldigen en niet weten dat meewerken normaal slachtoffergedrag is omdat je wilt overleven, evenals de automatische genitale respons, blijven zij vaak zwijgen. Doordat het slachtoffer niet over het misbruik praat, kan niemand de onjuiste gedachten corrigeren.
Het slachtoffer beseft hoe groot de gevolgen van een onthulling kunnen zijn. Zeker als de pleger een bekende is. Het slachtoffer voelt zich verantwoordelijk voor die gevolgen. Angst voor het uit elkaar vallen van de familie, niet geloofd worden, of dat de pleger in de gevangenis zal komen, kunnen ervoor zorgen dat het slachtoffer besluit er nooit over te vertellen.
Ook loyaliteit aan de pleger kan daaraan bijdragen: als de persoon die het misbruik pleegt ook affectie, aandacht, plezier en waardering geeft, of zegt dat dit echte liefde is, zorgt dat voor dubbele gevoelens. Het slachtoffer is dan bijvoorbeeld ook bang om de pleger kwijt te raken en de fijne dingen die de pleger naast het misbruik ook biedt te moeten missen.
Veel slachtoffers proberen de herinneringen te vergeten of kleiner te maken. Ze denken: het is niet gebeurd, het was een droom of: het was maar één keer.. Ze proberen de ervaringen te bagatelliseren in een poging ermee te leven. Deze afweerreactie maakt het tegelijkertijd ook lastig om erover te praten. Je kunt immers pas onthullen als je het misbruik aan jezelf hebt verteld.
Zo blijven slachtoffers van seksueel misbruik vaak jarenlang eenzaam met hun geheim, zoals het aapje met de handen voor de mond.

De pleger wil of kan niet zien
Lees ook het interview met Wineke Smid over plegers van seksueel misbruik
De meeste plegers van seksueel misbruik zijn gewone mensen uit onze familie en vriendenkring. Ze hebben een baan, een gezin en hobby’s. De pleger kan iemand zijn van wie mensen houden: misschien is het ‘je beste vriend(in)’. Of juist iemand die intense angst, haat en aversie oproept. De motieven voor het plegen van seksueel misbruik kunnen uiteenlopen: van macht en eenzaamheid tot verslaving of psychische problemen.
Plegers proberen vaak te voorkomen dat het seksueel misbruik uitkomt. Dat doen ze door het slachtoffer het gevoel te geven dat het (ook) hun schuld is: ‘Wij doen dit samen’ of ‘Jij komt naar mij toe, jij wilt dit ook’ of ‘Jij vindt het lekker’. Of door hen bang te maken: ‘Als je het vertelt, wordt iedereen boos op jou’ of ‘Niemand zal jou geloven’ of ‘Mama krijgt een hartaanval als jij het vertelt’. Veel slachtoffers wordt de mond gesnoerd en gaan zelf geloven dat ze medeplichtig zijn.
Mensen die seksueel misbruik plegen, willen of kunnen hun eigen gedrag vaak niet onder ogen komen. Soms praten ze het voor zichzelf goed: ‘Het kind wilde het zelf ook’, of: ‘Het viel wel mee’. Of: ‘Dit is echte liefde’. En zelfs als ze hun gedrag wel onder ogen kunnen komen en diep vanbinnen willen stoppen, kunnen schaamte en angst voor de gevolgen hen tegenhouden. Ze zijn bang voor boosheid en onbegrip als het uitkomt, en dat zij als persoon zullen worden afgewezen en eenzaam achterblijven. Ontslag, gevangenisstraf, uitstoting, verlies van relaties, leegte - het vooruitzicht is té beangstigend.
Niet zelden voelt het voor de pleger alsof ontkennen of bagatelliseren de enige optie is: handen voor de ogen en doen alsof het niet bestaat of niet zo erg is. De pleger raakt daardoor steeds verder van zijn of haar gevoel verwijderd, spreekt onderliggende behoeften niet uit, en zal geen hulp vragen.

In 85 procent van de gevallen van seksueel misbruik kennen pleger en slachtoffer elkaar. Ook omstanders zijn vaak bekenden van (een van) beiden; ze zijn familie, vrienden, wonen in dezelfde buurt, sporten bij dezelfde club, kennen elkaar van het uitgaan of van de werkvloer. Een onthulling van seksueel misbruik raakt dus zelden alleen twee mensen - het zet hele systemen onder druk. Naast heftige emoties, onbegrip, ongeloof en ontkenning, kan onderling ook verwijdering, eenzaamheid of uitsluiting ontstaan als het misbruik uitkomt.
Meer begrip van de dynamiek tussen deze drie aapjes kan je helpen - of je nu zelf een van de drie partijen bent, of als professional betrokken bent bij (een van) de drie partijen. Je begrijpt dan je eigen reactie misschien beter, of waarom een ander op een bepaalde manier reageert.
Zwijgen: het slachtoffer spreekt er niet over.
Niet zien: de pleger wil niet onder ogen zien wat hij of zij doet of heeft gedaan.
Dynamiek tussen de betrokkenen

Niet horen: omstander(s) wil(len) niet horen over het misbruik.
Ook bij seksueel misbruik speelt afweer, bij iedereen die ermee te maken heeft: het slachtoffer, de pleger én de omstanders. De metafoor van de drie aapjes helpt om die afweer beter te begrijpen, en hopelijk te doorbreken.
De wijze aapjes kunnen ook als metafoor dienen voor de afweer rondom seksueel misbruik. Seksueel misbruik is voor veel mensen een van de meest ingrijpende dingen die henzelf of hun naasten zou kunnen overkomen. Het is iets waar de meeste mensen eigenlijk liever niet over nadenken. Wanneer we in het algemeen aan nare dingen denken of als ons nare dingen overkomen, proberen we onze gedachten vaak te verdraaien om de realiteit voor onszelf dragelijker te maken. Dat is een menselijke reactie en noemen we afweer.
Symbolisch voor afweer
Wie zijn de drie aapjes?
Het oorspronkelijke beeld van de drie wijze aapjes is gevonden in Japan en dateert van 1636. De hoofdrolspelers zijn Kikazaru, de aap die niet hoort, Mizaru, de aap die niet ziet en Iwazaru, de aap die niet spreekt. Volgens de Japanse filosofie laten de aapjes zien dat je moet proberen geen kwaad te doen: luister niet naar slechte invloeden, zie verkeerde daden niet als iets normaals en zeg niets zonder goede reden. Ze geven een advies voor een goed en gelukkig leven.




In 2020 introduceerde Iva Bicanic dit beeld als metafoor voor de afweer bij seksueel misbruik. Niet horen, niet (onder ogen) zien en niet over praten, dat is wat alle betrokkenen vaak doen. Hoe kunnen we die afweer doorbreken?
in beeld
8,5 min.
Mirjam Riemers
Iva Bicanic
De drie wijze aapjes


