Lees ook dit artikel:
Kim (Augeo) over dit artikel
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
Deel deze pagina:
Trias Pedagogica besteedt in de serie van zeven opvoeddebatten over het thema Huiselijk Geluk specifiek aandacht aan de preventie tegen huiselijk geweld. Onderwerpen in deze debatten zijn elementen die huiselijk geluk bevorderen (communicatie, structuur, etc.) en belemmeren (agressie, schulden). In de laatste sessie komt het gesprek met professionals - hulp vragen - aan bod.
In het kader van huiselijk geluk geven ouders soms aan dat dit wordt beïnvloed door volwassen (18+) kinderen die thuis blijven wonen en financieel niets bijdragen aan het huishouden. Hierdoor ontstaat er niet alleen frictie tussen de ouders en kinderen, maar ook tussen de ouders onderling. Voor groepen waarbij dit probleem speelt, heeft Trias Pedagogica een aangepast programma: Huiselijk Geluk & Financiën, waarbij extra aandacht wordt besteed aan financiële opvoeding en de invloed van geld op huiselijk geluk. Tijdens de laatste bijeenkomst sluit een lokale organisatie aan om de ouders te informeren over de zaken die veranderen als een kind 18 wordt.
Kijk voor meer informatie op de website van Trias Pedagogica.
Vaders praten over thuis
Mondiger geworden
Alternatieven voor schreeuwen en slaan
Weinig ruimte
Bottleneck
Vrouwenwereld
Olievlek
Hulp leren vragen
Een grootvader die regelmatig op zijn kleinkinderen past, voegt toe: ‘Soms kan de situatie thuis – door bijvoorbeeld het verlies van werk – veranderen. Dan moet er bezuinigd worden en dat kan ook voor spanningen zorgen.’ Dan kun je als familielid of buurman inderdaad vragen of het alles nog goed gaat, zegt Jitbahadoer: ‘We zijn in deze samenleving soms te bang om ons met elkaar te bemoeien.’
Of er inmiddels veel verbeterd is? Mehraz: ‘Het aantal mannelijke hulpverleners is nog steeds laag. En de rol van de vaders blijft nog vaak onderbelicht. Als er over ouders wordt gesproken, gaat het meestal toch over de moeder.’ Hij herinnert zich nog hoe hij zelf bij een bezoek aan het consultatiebureau volledig werd genegeerd. ‘Ik stelde een vraag over mijn zoontje, maar het antwoord werd aan mijn vrouw gegeven. De verpleegkundige keek me niet eens aan.’
Vervolgens wordt de slag naar het heden gemaakt. Mehraz: ‘Een vraag die vaak veel losmaakt is: “Zeg je weleens tegen je kind dat je van hem of haar houdt?” En we hebben het over: wat voor vader wil je zijn? Daarbij is de aandacht voor de intentie zó belangrijk. Bijna iedere ouder wil namelijk het beste voor zijn kind – dat het in de praktijk soms niet altijd goed uitpakt is iets anders. We focussen op de intentie en gaan vandaaruit met de groep op zoek naar alternatieven: als een vader schreeuwt of slaat, wat kan hij dan in plaats daarvan doen? Positief opvoeden staat bij ons centraal.’
In de laatste sessie komt de relatie met de partner aan bod. Hoe wordt er onderling over opvoeding gesproken? Hoe gaat die communicatie? Gaat de vader mee naar ouderavonden? Maar ook: wat doet vader wanneer moeder agressief is? ‘Er wordt door veel moeders bijvoorbeeld geknepen, onder tafel. Zeker dochters moeten het vaak ontgelden. Hoe kun je dit als vader bespreekbaar maken. Wat kan anders?’
Tijdens de opvoeddebatten Huiselijk Geluk van Trias Pedagogica worden allerlei onderwerpen besproken: wat bevordert huiselijk geluk, wat staat huiselijk geluk in de weg? ‘We beginnen meestal met de eigen opvoeding: hoe ging dat vroeger? Wat heb je zelf van je vader geleerd of gemist?’ Het zijn vaak emotionele gesprekken. Directeur Mehraz: ‘Mannen van boven de 50 kunnen volschieten. Bijvoorbeeld als ze vertellen dat ze nooit een complimentje hebben gekregen van hun vader.’
Schlimbach: ‘Professionals willen de vaders graag actief betrekken, zij zien de noodzaak wel, maar krijgen daar weinig ruimte voor binnen de organisatie waar ze werken. Daar zit de bottleneck, bij vastgeroeste patronen, waardoor vaders nog niet echt gezien of gehoord worden.
Schlimbach heeft als missie om de focus op vaders ook in Kansrijke Start op te nemen. In dit landelijke actieprogramma werken gemeenten en het Rijk samen met medewerkers van wijkteams, welzijnswerk, volwassen-ggz, geboorte- en jeugdgezondheidszorg aan een kansrijke start voor zoveel mogelijk kinderen. ‘Die boot mogen we niet missen. Dit programma is gericht op kwetsbare gezinnen en daar mag die expliciete aandacht voor vaders niet in ontbreken.’ Het Platform Betrokken Vaders is inmiddels aangesloten bij de Groningse coalitie van Kansrijke Start.
Uit een peiling van het Platform Betrokken Vaders blijkt dat veel professionals graag meer aandacht willen voor de rol van vaders. Ook rondom de geboorte van de kinderen. Een reactie uit de rapportage van de peiling: ‘Geboorte en opvoeding zijn vaak nog vrouwenzaken. Ik probeer de vaders wel te spreken, maar daar komt het meestal niet van. Vaders willen dat vaak ook niet,’ aldus een GGD-professional.
Een andere hulpverlener die veel met families met een migratieachtergrond werkt, zegt in de rapportage: ‘Gebrek aan de juiste informatie en onwetendheid creëren vaak angst bij ouders. Ook bij vaders. Er zou meer aandacht moeten zijn voor bijvoorbeeld opvoeden in twee culturen, voor de dialoog tussen vaders en kinderen, er wordt soms heel weinig gepraat in gezinnen.’
Bernard Schlimbach, projectcoördinator van het Platform Betrokken Vaderschap in Groningen vraagt in het noorden van het land al jaren aandacht voor de rol van vaders. Hij spreekt met hulpverleners, organisaties, leest kritisch mee met handreikingen, wijkplannen.
‘Ik stimuleer vaders om een actieve rol bij de opvoeding te spelen. Betrokken vaderschap is ook gewoon heel leuk en levert veel op. Voor het hele gezin.’ Vaders zijn volgens hem de laatste jaren veel mondiger geworden, ze willen ook betrokken worden bij de opvoeding, laten vaker van zich horen, zegt Schlimbach. Hij wijst op het groeiend aantal vadergroepen in het hele land. ‘Daarnaast is het natuurlijk belangrijk dat ook professionals vaders actief betrekken. Of het nu gaat om een gezin waar schulden, opvoedingsproblemen of huiselijk geweld spelen.’
Hij vreest dat vaders nog altijd een bijrol spelen. Of dat nu bij de kraamzorg, op school of in de jeugdzorg is. Dat heeft deels te maken met de ‘poortwachtersfunctie’ die vrouwen zichzelf toe-eigenen, zegt Mehraz. ‘Zij gaan over de zorg van de kinderen, over de opvoeding. De man moet maar geld verdienen. Vrouwen vertrouwen mannen ook vaak de zorg voor het kind niet echt toe.’ Dat mechanisme is volgens Mehraz sterk en hardnekkig. ‘En professionals, in 93 procent van de gevallen ook vrouwelijk – doen vaak hetzelfde.’
Volgens Mehraz hebben vaders wel een andere benadering nodig. Ze worstelen met andere zaken dan moeders. ‘Dat gaat bijvoorbeeld om respect en over de rol van de vader in een gezin. En dit vraagt om bijvoorbeeld om ander taalgebruik, andere vragen van de professional.’
Bijnoe: ‘Ik zie het effect van deze gesprekken altijd als een olievlek. Deze vaders delen hun ervaringen in deze groep, maar daardoor spreken ze misschien ook eerder iemand in de hun omgeving aan. Om hulp aan te bieden, maar ook om hulp te vragen.’
En dat is de bedoeling van deze opvoeddebatten, zegt Abdellah Mehraz, pedagoog en directeur van Trias Pedagogica. Hij miste jaren terug al de aandacht voor vaders en er waren volgens hem ook te weinig mannelijke hulpverleners. Mehraz begon opvoeddebatten voor vaders met een migratieachtergrond te organiseren. De methodiek werd in samenwerking met het Verwey Jonker Instituut beschreven.
Het is alweer de laatste sessie. De deelnemers kennen elkaar inmiddels en zijn open over wat er speelt. Vorige week nog vertelde een vader hoe hij als kind vroeger vaak klappen kreeg thuis. Hij wil zelf zijn kinderen nooit slaan. Maar vandaag gaat het over hulp vragen. Bijnoe: ‘Waar klop je aan wanneer het niet lekker gaat thuis? Waar ga je heen met vragen over je puberende zoon of dochter?’ Jitbahadoer benadrukt dat ook familie, vrienden of buren uitkomst kunnen bieden wanneer de drempel naar professionele hulpverleners (nog) te hoog is. Een jonge deelnemer, die net vader is geworden, vraagt lachend of iemand volgende week wil oppassen.
Zijn aanpak bij dit soort bijeenkomsten? ‘Ik deel mijn eigen ervaringen, we gaan gewoon in gesprek over opvoeden. Veel vaders zijn dat natuurlijk helemaal niet gewend, maar de gesprekken komen uiteindelijk wel los. We leren hier veel van elkaar.’
‘Mensen zijn toch bang dat hun kind wordt afgenomen als ze hulp vragen,’ zegt een vader. Een paar anderen knikken instemmend. ‘Dus schaamte en angst zorgen ervoor dat mensen niet zo snel professionals om hulp vragen?’, vat Mireille Bijnoe, debatleider van Trias Pedagogica samen. Zestien buurtbewoners - vaders, grootvaders en een paar moeders - zijn deze maandagavond naar de torenflat Klieverink in Amsterdam Zuidoost gekomen voor een bijeenkomst met als thema Huiselijk Geluk. Jeetendra ‘Jeet’ Jitbahadoer heeft bijna alle aanwezigen persoonlijk benaderd. Hij is de drijvende kracht achter de Amsterdamse stichting Hart voor de K-buurt. Hij fungeert al een paar jaar als contactpersoon voor Trias Pedagogica, een expertisebureau dat jaarlijks honderden vaders, veelal met migratieachtergrond, bereikt met dit soort opvoeddebatten. Mensen als Jeet heb je nodig, door hem is de opkomst zo groot, benadrukt Bijnoe. Jitbahadoer weet hoe hij lastige onderwerpen bespreekbaar maakt. ‘Ik ben zelf ervaringsdeskundige op allerlei terreinen,’ vertelt hij met een lach. ‘Ik heb als kind huiselijk geweld meegemaakt, ben jong vader geworden en heb vier kinderen.’
Trias Pedagogica organiseert trainingen voor ouders met een migratieachtergrond. In het bijzonder voor vaders, omdat die vaak minder reguliere opvoedondersteuning krijgen. Ook kunnen vaders een grote rol spelen in het voorkomen van huiselijk geweld en seksueel misbruik.
‘Betrokken vaderschap levert veel op. Voor het hele gezin’
‘We zijn soms te bang om
ons met elkaar te bemoeien’
‘We praten over:
wat voor vader wil je zijn? Daarbij is de aandacht voor de intentie zó belangrijk’
‘Gebrek aan de juiste
informatie en onwetendheid creëren vaak angst bij ouders. Ook bij vaders’
Vrouwen eigenen zich vaak
een ‘poortwachtersfunctie’ toe
‘Ik stelde een vraag over mijn zoontje, maar het antwoord werd aan mijn vrouw gegeven’
‘Veel vaders zijn dat helemaal niet gewend om een gesprek te voeren over opvoeden’
Scroll naar beneden
achtergrond
7,5 min
Jessica Maas
Timea (Augeo) over dit artikel
Het beeld dat we hebben van partners die gewelddadig zijn, is vaak: een mannelijke psychopaat. Terwijl het om een gemêleerde groep gaat, waaronder ook brave huisvaders. ‘En vergeet het aandeel van vrouwen niet,’ zegt hoogleraar antisociaal gedrag Arno van Dam.
‘In de meeste gewelddadige relaties zijn beide partners agressief’
Lees hier het hele artikel
Een fragment uit dit artikel:
Arno van Dam: ‘Hoe langer het duurt voor de pleger zijn verhaal kan doen, hoe groter de kans dat hij afhaakt. Ook herhalen triggers die mannen thuis aanzetten tot geweld, zich vaak in de hulpverlening. Ze krijgen het idee: verdomme, ik word wéér niet gehoord, de hulpverleenster is verbaal sterker en staat aan de andere kant. Veel mannen vinden het dan gemakkelijker hun boosheid te tonen dan hun angst. Dit is iemand met wie niet te werken is, denken hulpverleners dan. Of: dit is een psychopaat.’
Arno van Dam:
‘Veel mannen vinden het gemakkelijker om hun boosheid te tonen dan hun angst’
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
Deel deze pagina:
Timea (Augeo) over dit artikel
Het beeld dat we hebben van partners die gewelddadig zijn, is vaak: een mannelijke psychopaat. Terwijl het om een gemêleerde groep gaat, waaronder ook brave huisvaders. ‘En vergeet het aandeel van vrouwen niet,’ zegt hoogleraar antisociaal gedrag Arno van Dam.
‘In de meeste gewelddadige relaties zijn beide partners agressief’
Lees hier het hele artikel
Een fragment uit dit artikel:
Arno van Dam: ‘Hoe langer het duurt voor de pleger zijn verhaal kan doen, hoe groter de kans dat hij afhaakt. Ook herhalen triggers die mannen thuis aanzetten tot geweld, zich vaak in de hulpverlening. Ze krijgen het idee: verdomme, ik word wéér niet gehoord, de hulpverleenster is verbaal sterker en staat aan de andere kant. Veel mannen vinden het dan gemakkelijker hun boosheid te tonen dan hun angst. Dit is iemand met wie niet te werken is, denken hulpverleners dan. Of: dit is een psychopaat.’
Arno van Dam:
‘Veel mannen vinden het gemakkelijker om hun boosheid te tonen dan hun angst’
Lees ook dit artikel:
Trias Pedagogica besteedt in de serie van zeven opvoeddebatten over het thema Huiselijk Geluk specifiek aandacht aan de preventie tegen huiselijk geweld. Onderwerpen in deze debatten zijn elementen die huiselijk geluk bevorderen (communicatie, structuur, etc.) en belemmeren (agressie, schulden). In de laatste sessie komt het gesprek met professionals - hulp vragen - aan bod.
In het kader van huiselijk geluk geven ouders soms aan dat dit wordt beïnvloed door volwassen (18+) kinderen die thuis blijven wonen en financieel niets bijdragen aan het huishouden. Hierdoor ontstaat er niet alleen frictie tussen de ouders en kinderen, maar ook tussen de ouders onderling. Voor groepen waarbij dit probleem speelt, heeft Trias Pedagogica een aangepast programma: Huiselijk Geluk & Financiën, waarbij extra aandacht wordt besteed aan financiële opvoeding en de invloed van geld op huiselijk geluk. Tijdens de laatste bijeenkomst sluit een lokale organisatie aan om de ouders te informeren over de zaken die veranderen als een kind 18 wordt.
Kijk voor meer informatie op de website van Trias Pedagogica.
Vaders praten over thuis
‘We praten over:
wat voor vader wil je zijn? Daarbij is de aandacht voor de intentie zó belangrijk’
Vervolgens wordt de slag naar het heden gemaakt. Mehraz: ‘Een vraag die vaak veel losmaakt is: “Zeg je weleens tegen je kind dat je van hem of haar houdt?” En we hebben het over: wat voor vader wil je zijn? Daarbij is de aandacht voor de intentie zó belangrijk. Bijna iedere ouder wil namelijk het beste voor zijn kind – dat het in de praktijk soms niet altijd goed uitpakt is iets anders. We focussen op de intentie en gaan vandaaruit met de groep op zoek naar alternatieven: als een vader schreeuwt of slaat, wat kan hij dan in plaats daarvan doen? Positief opvoeden staat bij ons centraal.’
In de laatste sessie komt de relatie met de partner aan bod. Hoe wordt er onderling over opvoeding gesproken? Hoe gaat die communicatie? Gaat de vader mee naar ouderavonden? Maar ook: wat doet vader wanneer moeder agressief is? ‘Er wordt door veel moeders bijvoorbeeld geknepen, onder tafel. Zeker dochters moeten het vaak ontgelden. Hoe kun je dit als vader bespreekbaar maken. Wat kan anders?’
Tijdens de opvoeddebatten Huiselijk Geluk van Trias Pedagogica worden allerlei onderwerpen besproken: wat bevordert huiselijk geluk, wat staat huiselijk geluk in de weg? ‘We beginnen meestal met de eigen opvoeding: hoe ging dat vroeger? Wat heb je zelf van je vader geleerd of gemist?’ Het zijn vaak emotionele gesprekken. Directeur Mehraz: ‘Mannen van boven de 50 kunnen volschieten. Bijvoorbeeld als ze vertellen dat ze nooit een complimentje hebben gekregen van hun vader.’
Alternatieven voor schreeuwen en slaan
Schlimbach: ‘Professionals willen de vaders graag actief betrekken, zij zien de noodzaak wel, maar krijgen daar weinig ruimte voor binnen de organisatie waar ze werken. Daar zit de bottleneck, bij vastgeroeste patronen, waardoor vaders nog niet echt gezien of gehoord worden.
‘Gebrek aan de juiste
informatie en onwetendheid creëren vaak angst bij ouders. Ook bij vaders’
Schlimbach heeft als missie om de focus op vaders ook in Kansrijke Start op te nemen. In dit landelijke actieprogramma werken gemeenten en het Rijk samen met medewerkers van wijkteams, welzijnswerk, volwassen-ggz, geboorte- en jeugdgezondheidszorg aan een kansrijke start voor zoveel mogelijk kinderen. ‘Die boot mogen we niet missen. Dit programma is gericht op kwetsbare gezinnen en daar mag die expliciete aandacht voor vaders niet in ontbreken.’ Het Platform Betrokken Vaders is inmiddels aangesloten bij de Groningse coalitie van Kansrijke Start.
Weinig ruimte
Uit een peiling van het Platform Betrokken Vaders blijkt dat veel professionals graag meer aandacht willen voor de rol van vaders. Ook rondom de geboorte van de kinderen. Een reactie uit de rapportage van de peiling: ‘Geboorte en opvoeding zijn vaak nog vrouwenzaken. Ik probeer de vaders wel te spreken, maar daar komt het meestal niet van. Vaders willen dat vaak ook niet,’ aldus een GGD-professional.
Een andere hulpverlener die veel met families met een migratieachtergrond werkt, zegt in de rapportage: ‘Gebrek aan de juiste informatie en onwetendheid creëren vaak angst bij ouders. Ook bij vaders. Er zou meer aandacht moeten zijn voor bijvoorbeeld opvoeden in twee culturen, voor de dialoog tussen vaders en kinderen, er wordt soms heel weinig gepraat in gezinnen.’
Bottleneck
Bernard Schlimbach, projectcoördinator van het Platform Betrokken Vaderschap in Groningen vraagt in het noorden van het land al jaren aandacht voor de rol van vaders. Hij spreekt met hulpverleners, organisaties, leest kritisch mee met handreikingen, wijkplannen.
‘Ik stimuleer vaders om een actieve rol bij de opvoeding te spelen. Betrokken vaderschap is ook gewoon heel leuk en levert veel op. Voor het hele gezin.’ Vaders zijn volgens hem de laatste jaren veel mondiger geworden, ze willen ook betrokken worden bij de opvoeding, laten vaker van zich horen, zegt Schlimbach. Hij wijst op het groeiend aantal vadergroepen in het hele land. ‘Daarnaast is het natuurlijk belangrijk dat ook professionals vaders actief betrekken. Of het nu gaat om een gezin waar schulden, opvoedingsproblemen of huiselijk geweld spelen.’
Mondiger geworden
Vrouwen eigenen zich vaak
een ‘poortwachtersfunctie’ toe
Hij vreest dat vaders nog altijd een bijrol spelen. Of dat nu bij de kraamzorg, op school of in de jeugdzorg is. Dat heeft deels te maken met de ‘poortwachtersfunctie’ die vrouwen zichzelf toe-eigenen, zegt Mehraz. ‘Zij gaan over de zorg van de kinderen, over de opvoeding. De man moet maar geld verdienen. Vrouwen vertrouwen mannen ook vaak de zorg voor het kind niet echt toe.’ Dat mechanisme is volgens Mehraz sterk en hardnekkig. ‘En professionals, in 93 procent van de gevallen ook vrouwelijk – doen vaak hetzelfde.’
Volgens Mehraz hebben vaders wel een andere benadering nodig. Ze worstelen met andere zaken dan moeders. ‘Dat gaat bijvoorbeeld om respect en over de rol van de vader in een gezin. En dit vraagt om bijvoorbeeld om ander taalgebruik, andere vragen van de professional.’
Vrouwenwereld
‘Ik stelde een vraag over mijn zoontje, maar het antwoord werd aan mijn vrouw gegeven’
Of er inmiddels veel verbeterd is? Mehraz: ‘Het aantal mannelijke hulpverleners is nog steeds laag. En de rol van de vaders blijft nog vaak onderbelicht. Als er over ouders wordt gesproken, gaat het meestal toch over de moeder.’ Hij herinnert zich nog hoe hij zelf bij een bezoek aan het consultatiebureau volledig werd genegeerd. ‘Ik stelde een vraag over mijn zoontje, maar het antwoord werd aan mijn vrouw gegeven. De verpleegkundige keek me niet eens aan.’
Bijnoe: ‘Ik zie het effect van deze gesprekken altijd als een olievlek. Deze vaders delen hun ervaringen in deze groep, maar daardoor spreken ze misschien ook eerder iemand in de hun omgeving aan. Om hulp aan te bieden, maar ook om hulp te vragen.’
En dat is de bedoeling van deze opvoeddebatten, zegt Abdellah Mehraz, pedagoog en directeur van Trias Pedagogica. Hij miste jaren terug al de aandacht voor vaders en er waren volgens hem ook te weinig mannelijke hulpverleners. Mehraz begon opvoeddebatten voor vaders met een migratieachtergrond te organiseren. De methodiek werd in samenwerking met het Verwey Jonker Instituut beschreven.
Olievlek
Een grootvader die regelmatig op zijn kleinkinderen past, voegt toe: ‘Soms kan de situatie thuis – door bijvoorbeeld het verlies van werk – veranderen. Dan moet er bezuinigd worden en dat kan ook voor spanningen zorgen.’ Dan kun je als familielid of buurman inderdaad vragen of het alles nog goed gaat, zegt Jitbahadoer: ‘We zijn in deze samenleving soms te bang om ons met elkaar te bemoeien.’
‘We zijn soms te bang om
ons met elkaar te bemoeien’
Het is alweer de laatste sessie. De deelnemers kennen elkaar inmiddels en zijn open over wat er speelt. Vorige week nog vertelde een vader hoe hij als kind vroeger vaak klappen kreeg thuis. Hij wil zelf zijn kinderen nooit slaan. Maar vandaag gaat het over hulp vragen. Bijnoe: ‘Waar klop je aan wanneer het niet lekker gaat thuis? Waar ga je heen met vragen over je puberende zoon of dochter?’ Jitbahadoer benadrukt dat ook familie, vrienden of buren uitkomst kunnen bieden wanneer de drempel naar professionele hulpverleners (nog) te hoog is. Een jonge deelnemer, die net vader is geworden, vraagt lachend of iemand volgende week wil oppassen.
Hulp leren vragen
‘Veel vaders zijn dat helemaal niet gewend om een gesprek te voeren over opvoeden’
Zijn aanpak bij dit soort bijeenkomsten? ‘Ik deel mijn eigen ervaringen, we gaan gewoon in gesprek over opvoeden. Veel vaders zijn dat natuurlijk helemaal niet gewend, maar de gesprekken komen uiteindelijk wel los. We leren hier veel van elkaar.’
Kim (Augeo) over dit artikel
‘Mensen zijn toch bang dat hun kind wordt afgenomen als ze hulp vragen,’ zegt een vader. Een paar anderen knikken instemmend. ‘Dus schaamte en angst zorgen ervoor dat mensen niet zo snel professionals om hulp vragen?’, vat Mireille Bijnoe, debatleider van Trias Pedagogica samen. Zestien buurtbewoners - vaders, grootvaders en een paar moeders - zijn deze maandagavond naar de torenflat Klieverink in Amsterdam Zuidoost gekomen voor een bijeenkomst met als thema Huiselijk Geluk. Jeetendra ‘Jeet’ Jitbahadoer heeft bijna alle aanwezigen persoonlijk benaderd. Hij is de drijvende kracht achter de Amsterdamse stichting Hart voor de K-buurt. Hij fungeert al een paar jaar als contactpersoon voor Trias Pedagogica, een expertisebureau dat jaarlijks honderden vaders, veelal met migratieachtergrond, bereikt met dit soort opvoeddebatten. Mensen als Jeet heb je nodig, door hem is de opkomst zo groot, benadrukt Bijnoe. Jitbahadoer weet hoe hij lastige onderwerpen bespreekbaar maakt. ‘Ik ben zelf ervaringsdeskundige op allerlei terreinen,’ vertelt hij met een lach. ‘Ik heb als kind huiselijk geweld meegemaakt, ben jong vader geworden en heb vier kinderen.’
Trias Pedagogica organiseert trainingen voor ouders met een migratieachtergrond. In het bijzonder voor vaders, omdat die vaak minder reguliere opvoedondersteuning krijgen. Ook kunnen vaders een grote rol spelen in het voorkomen van huiselijk geweld en seksueel misbruik.
Jessica Maas
achtergrond
‘Betrokken vaderschap levert veel op. Voor het hele gezin’
7,5 min